Binnenkort moet je samen met je mama of papa naar de kinderafdeling komen. Je adem zal worden getest om te kijken of je allergisch bent aan lactose, een soort suiker die bijvoorbeeld in melk, yoghurt en kaas zit. Hierdoor mag je de ochtend van het onderzoek niets eten of drinken.

Op de dag van het onderzoek schrijf je je samen met je mama of papa in aan de computer in de inkomhal. Je krijgt een nummer om naar het loket te gaan. 

Een dame aan het loket geeft je een naambandje en naamstickers.

Wanneer je de lift genomen hebt naar de 7de verdieping van het ziekenhuis, zeg je aan de verpleegkundige dat je er bent.

De verpleegkundige neemt jullie mee naar de onderzoekskamer. Papa of mama mag bij je blijven. Daar zal je gemeten en gewogen worden. Dit moet de verpleegkundige weten voor het onderzoek.

De verpleegkundige zal ook vragen of je deze morgen iets gegeten of gedronken hebt, want dit mag namelijk niet om het onderzoek te kunnen doen.

Daarna brengt de verpleegkundige je naar een andere kamer waar je wat kan spelen of tv kijken.

Nu begint het onderzoek.

De verpleegkundige komt hiervoor met een wit mondstuk waar een spuit aanhangt. Het mondstuk mag je in je mond stoppen en dan mag je daarin ademen. Je adem zal via het mondstuk in de spuit komen, zodat het onderzocht kan worden.

Nadat je de eerste keer hebt moeten blazen, zal je een drankje moeten drinken. Dit ziet eruit als melk maar het smaakt anders. Het smaakt eigenlijk een beetje vreemd, maar als je het in één grote slok uitdrinkt, zal je er niet veel van smaken.

Daarna zal je ieder halfuur in het witte mondstuk moeten blazen. Wanneer je ongeveer zes keer hebt geblazen, mag je iets eten. Daarna mag je terug naar huis met mama of papa.